Bezoek een Gents museum vóór 1 april.

Vanaf 1 april betaal je voor bepaalde Gentse musea een beetje meer inkom tenzij je als jongere of in schoolverband komt: dan mag je gratis binnen. De nieuwe regeling is geldig voor het Museum voor Schone Kunsten, Design Museum Gent, het MIAT, de Kunsthal Sint-Pietersabdij en het Gravensteen. De tarieven werden sinds 1995 niet meer werden aangepast en liggen ver onder het niveau van andere musea in Vlaanderen. Voortaan geldt een ingangsticket zowel voor de tijdelijke tentoonstellingen als voor de permanente collecties van de musea. Dit onderscheid valt weg waardoor er de tarieven eenvoudiger worden.

Omdat cultuur voor iedereen blijvend toegankelijk moet zijn, is gekozen om voor specifieke doelgroepen de toegangsprijs bewust laag te houden en zo extra kansen te bieden voor een bezoek aan een museum. Senioren en jongeren van 19 tot -26 jaar genieten van reductietarieven. Met de nieuwe tarieven zal een dagje museumbezoek ook heel wat minder doorwegen op het budget van gezinnen en scholen. Jongeren onder de 19 jaar en scholen kunnen vanaf 1 april de stedelijke musea namelijk volledig gratis bezoeken.

Om de musea blijvend toeristisch te promoten, genieten professionele reisorganisatoren 15 % korting. De nieuwe tariefregeling heeft ook bijzondere aandacht voor alle Gentenaars. Inwoners van Gent genieten immers altijd van het reductietarief. Daarnaast kunnen ze voortaan ook elke zondag tussen 10 en 13 uur en tijdens de Gentse Feesten hun musea, en nu dus ook de tentoonstellingen, volkomen gratis bezoeken. Ook de toegang tot het Gravensteen is het hele jaar door gratis voor de inwoners van Gent.

Naast de invoering van nieuwe tarieven, worden er ook nog acties op het getouw gezet zoals bijzondere acties voor kansengroepen, samenwerkingsverbanden met De Lijn en de NMBS, toeristische arrangementen en abonnementsformules. Kortom: met de nieuwe tarieven worden de toegangsprijzen enerzijds opgetrokken tot een billijk niveau, Anderzijds worden extra kansen geboden om de waardevolle collecties en boeiende tentoonstellingen van de stedelijke musea te (her)ontdekken.

Guido Van Peeterssen.