vrijdag 28 maart 2008

Doedelzak en orgel brengen hemelse muziek

Wat hebben Walter De Buck en de Gentse Sint-Niklaaskerk gemeen? Hoe komt het dat het restauratiedossier van de Sint-Niklaaskerk zo oud is als de straat? Ergeren de Fransen zich dood omdat een beroemd Frans kerkorgel al een halve eeuw onder het stof verborgen blijft? Een goede reden om eens met pastoor Flor Blondeel te praten en meer te vernemen over de initiatieven van ‘De Vrienden van de Sint-Niklaaskerk”. Het grote geld ontbreekt maar toch zijn er een aantal lovenswaardige initiatieven om de restauratie van dit prachtige gebouw vooruit te helpen.

Jan De Block, voorzitter van De Vrienden van de Sint-Niklaaskerk: “Onze pastoor heeft niet alleen een groot hart maar ook een grote kerk. Een kerk die ondanks al haar pracht te weinig gekend is bij de Gentenaren. Daarom zijn er nu een aantal acties rond kanunnik Verduyn en het beroemde Cavaillé-Coll orgel”. Zo komt er een reeks orgelconcerten, Quatre Mains, om de orgeltraditie hoog te houden en meer volk naar de kerk te lokken. De kerk schuwt de confrontatie niet: door het orgel te laten duelleren met andere instrumenten creëer je een nieuwe en verassende dynamiek.

Er is het initiatief van ‘Loods 13’ om de marmeren gedenkplaat van kanunnik Verduyn (1792-1869) te restaureren. Désiré Verduyn, die als lid van het Nationaal Congres in 1830 een vrij belangrijke rol gespeeld heeft bij de stichting van de Belgische Staat zorgde als pastoor van de Sint-Niklaaskerk in aanzienlijk mate voor de verfraaing van zijn parochiekerk. De familie Verduyn drong lang aan op de restauratie van deze gedenklaat en schakelde tenslotte (met succes) de Gentse Ombudsvrouw in om antwoord te krijgen van de Dienst Monumentenzorg.
Het grote zorgenkind is het beroemde Cavaillé-Coll dat 50 jaar geleden ingepakt werd om het te beschermen tegen de duiven en de restauratiewerken. Toen Cavaillé-Coll de opdracht kreeg om het orgel te bouwen leidde dat tot protest bij Belgische orgelbouwers. Die betrok echter opvallend Belgen bij de bouw zodat ook die het vak leerden bij de Franse meester. Het orgel is heel luxueus afgewerkt en gebouwd volgens de nieuwste technieken van zijn tijd. De omvang van de klavieren is 56 toetsen, wat vrij groot is. In 1869 noemde Cavaillé zelf het een van de beste instrumenten uit zijn ateliers terwijl hij al veel grotere orgels had gebouwd. Vanzodra de kerk gerestaureerd moet men echter nog een aantal stabiliteitsproblemen oplossen vooraleer het orgel teruggeplaatst wordt. Pas dan zal men de schade kunnen opmeten en overgaan tot de restauratie van het kunstwerk

Vanaf zaterdag 29 maart tot 1 november starten de Quatre Mains concerten in de Sint-Niklaaskerk. Projectverantwoordelijke Delphine Grandsart: “Met deze concerten willen de vrienden van de Sint-Niklaaskerk de orgeltraditie van de kerk nieuw leven inblazen. Het thema Quatre Mains (vier handen) werd gekozen omdat niet alleen het orgel maar ook andere instrumenten zoals een saxofoon, didgeridoo, harp, doedelzak en zo meer aan bod komen. Bovendien zijn meer dan zestig Oost-Vlaamse musici te gast voor een bijzondere reeks Nachtegaalconcerten”. Omdat het beroemde Cavaillé-Coll orgel momenteel niet bespeelbaar werd er een tweede volwaardig kerkorgel gekocht: een fraai klinkend Flentropp orgel dat in 1973 voor het Utrechtse conservatorium gebouwd werd.
Concerten: elke zaterdag om 17uur. Ingang 8 euro, 6 euro met reductie. Een tienbeurtenkaart kost 40 euro. Link: http://www.stniklaas.com

Guido Van Peeterssen.

Geen opmerkingen: