Vrijdagmiddag werd op het Oost-Vlaamse provinciehuis het Windplan van Oost-Vlaanderen voorgesteld. De provincie wordt steeds meer geconfronteerd met concrete plannen van bedrijven, en particulieren die een windturbine willen plaatsen. Op basis van gewestplannen mag men windmolens enkel inplanten in industriegebieden en zones van openbaar nut. Veel van deze locaties zijn echter niet of minder geschikt. Daarom ging men op zoek, maar een windmolen of turbine plaatst men niet zomaar. De provincie ontwikkelde daarom een ingewikkeld maar bruikbaar plan. Dat plan laat ruimte voor honderden windturbines in Oost-Vlaanderen. Die worden opgenomen in een nieuw Provinciaal Ruimtelijk structuurplan. Tussen 3 december en 2 maart komt er een openbaar onderzoek dat alle bezwaren bundelt.
Eerste Gedeputeerde Marc De Buck: “De provincie stimuleert alternatieve energie en is vragende partij voor groene stroom. Dit plan geeft ruimte aan heel wat potentiële locaties voor winturbines in onze provincie. De verdienste is ook dat het tot in de details de argumenten pro en contra nagaat. En het sluit meteen ook een aantal gevoelige gebieden uit. De vraag is niet alleen of de locatie geschikt is en of er geen bezwaren mogelijk zijn maar ook of het beoogde rendement wel bereikt wordt. We moeten streng zijn: als het rendement te laag is, of er komen te veel bezwaren, dan is dit nefast voor de promotie van alternatieve energie”.
Vlaanderen speelde een grote rol bij de ontwikkeling van windturbinetechnologie, denk maar aan Zeebrugge. De huidige winturbines zijn indrukwekkende hoogtechnologische constructies tot 185 meter hoog en met een rendement van 5 tot 6 MW. De rentabiliteit hangt echter af van het windaanbod. Daarvoor kan men het Windplan Vlaanderen gebruiken. Als men de windsnelheden op 50 tot 75 meter hoogte bestudeert dan springen een aantal Oost-Vlaamse locaties in het oog. De kans dat het Meetjesland, het Waasland en de Vlaamse Ardennen volgebouwd worden is echter miniem. Gedeputeerde De Buck: “Er wordt gekeken naar de impact op het landschap en de omgeving. Men zal de nieuwe winturbines over het hele grondgebied spreiden zodat er lokaal geen overlast veroorzaakt wordt. Bovendien zal de provincie het goede voorbeeld geven door een aantal locaties ter beschikking te stellen”.
De stijgende energieprijzen en de zorg voor het milieu maken dat de omschakeling naar hernieuwbare energiebronnen in een stroomversnelling zit. Op diverse plaatsen in Oost-Vlaanderen zie je windturbines: het grootste park staat aan het Kluizendok, maar ook aan de centrale van Rodenhuize steken de windturbines torenhoog uit. Binnenkort komen er windmolens rond stedelijke gebieden, bedrijventerreinen, waterwegen, spoor- en autowegen. Oost-Vlaanderen kleurt blauw, wat windmolens betreft, rond de E40 en E17, de haven en het kanaal Gent-Terneuzen, Oudenaarde, Ronse, Zottegem en Geraardsbergen, Eeklo en Maldegem.
Geen opmerkingen:
Een reactie posten